Jenny kwam een jaar of drie geleden bij mijn Arnhemse AGOG-groep. Uiteraard met gokproblematiek, want daar zijn we voor bedoeld. Als Jenny ‘de beurt had’ om iets te vertellen, was ze meestal ‘kort’. Gestuurd min of meer door haar kinderen, die het meer dan zat waren dat in hun ogen kinderachtige gedoe en geldverspilling. ‘En dat voor iemand die zelf in de zorg werkt!’ kreeg ze er vaak achteraan te horen. Dat was niet altijd helpend, en ik druk me hier voorzichtig uit.
Steeds meer ging Jenny praten, de groep was veilig genoeg voor haar. Steeds meer kwamen er persoonlijke, onderliggende zaken aan het licht. Hoe ingewikkeld haar relatie was, haar migratieachtergrond, haar werk. Kortom: haar leven. De groep gaf haar her- en erkenning en het lukte haar steeds beter het gokken de baas te zijn. Ik zag haar genieten bij het jaarlijkse etentje met bowlen wat we als groep bij elkaar gespaard hadden, mede dankzij een gift van een online gokken branche organisatie, die over onze bijna 20 groepen hiervoor was verdeeld.
“Ik ben ook blij dat ik haar weer zag, want ze heeft de AGOG weer gevonden. Tegelijk was ik bedroefd vanwege haar terugval. Jenny zelf uiteraard ook.”Feite Hofman
Ze kwam los, en ging uiteindelijk ook steeds meer tips en tops uitdelen aan lotgenoten. In zekere zin een schoolvoorbeeld van herstel. En uiteindelijk stopte ze met het bezoeken van de groep en nam zelfs afscheid. In stijl, want ze heeft voor de hele groep gekookt. In (tupperware?) bakjes nam ze alles mee. Zo’n schoolvoorbeeld van een succesverhaal.
Nijmegen
Iets erna ben ik van Arnhem naar AGOG Nijmegen gegaan. Maar in het gezondheidscentrum waar AGOG Arnhem samenkomt, heb ik mijn eigen kamer of werkruimte, en ik werk er regelmatig ’s avonds. Vandaag kwam ik van een intervisiebijeenkomst in Zeist nog even langs mijn werkruimte. En daar zag ik Jenny staan.
Ze gaf me een knuffel en zei dat het zo fijn was me weer te zien. Ik vond dat ook, maar zei: ‘Weet je nog dat ik de laatste keer dat ik je zag , zei dat ik je NOOIT meer wilde zien?’ Dat wist ze nog. Ik ben ook blij dat ik haar weer zag, want ze heeft de AGOG weer gevonden. Tegelijk was ik bedroefd vanwege haar terugval. Jenny zelf uiteraard ook. ‘Kom jij ook weer eens de groep doen trouwens?’ vroeg ze nog. ‘Ik beloof niks, maar wie weet.’ zei ik. Eén avond per week een zelfhulpgroep begeleiden vind ik eigenlijk wel genoeg.