De Terugval (2)

In m’n column ‘de terugval’ schreef ik al dat het stopzetten van een verslaving als vanzelf gepaard gaat met terugvallen. Immers, konden we met verslavingen in één keer stoppen, dan is er wellicht ook geen sprake van verslaving. Terugvallen horen er bij, zoals niesen bij verkoudheid en pleisters bij het bloeden. Op m’n column kreeg ik binnen de AGOG groep vragen, en wel bijvoorbeeld deze: ‘Maar jij bent toch zonder terugval gestopt?’

Bezoek groep

Na even denken begreep ik het misverstand: want laat duidelijk zijn dat ik zelf tientallen terugvallen heb gehad gedurende ‘mijn’ drieëntwintig jaar gokken. Het misverstand schuilt in het volgende: sinds ik in 2009 bij de AGOG in Arnhem terecht kwam heb ik geen terugval meer gehad. Maar daarvoor zeer vele, en zeer vaak. Gelukkig echter, sinds 2009 niet meer.

Arnhem heilig?

Heeft de AGOG groep Arnhem dan zo’n heilzame werking op gokverslaafden dat je er ná je eerste bezoek definitief ‘vanaf’ bent? Nee, uiteraard niet. Ik wilde dat het anders was, maar zeer zeker is dat niet het geval. Ook in ‘mijn’ groepen in Arnhem en Nijmegen komen met enige regelmaat terugvallen voor. Het is alleen een misverstand om te denken dat mensen pas stoppen nádat ze onze groep hebben bezocht. Dat beslismoment ligt vermoedelijk al véél eerder. Vele stoppogingen gingen er al aan vooraf.

Rotterdam

Ik bezocht jaren geleden, al eind jaren negentig, óók een zelfhulpgroep met daarin gokkers, zij het geen AGOG groep, in mijn woonplaats van toen, Rotterdam. Alleen had ik toen zelf nog niet voldoende kracht om te stoppen. Of wellicht de bodem nog niet definitief geraakt. Dus werd ik daar een gokker in een spagaat: ik gokte nog steeds, maar bezocht een zelfhulpgroep. Om daar vervolgens mooi weer te spelen en niet het achterste van m’n tong te laten zien. Na enige weken vertelde ik mijn partner dat ik ‘er was’ en dat ik het allemaal weer zelf kon. Wat zeer zeker niet zo was.

“Het was toen nog té confronterend. Mezelf verslaafd noemen té moeilijk. Écht verslaafd waren anderen, maar niet ik. ”Feite Hofman”

Confronterend

Het was toen nog té confronterend. Mezelf verslaafd noemen té moeilijk. Écht verslaafd waren anderen, maar niet ik. ‘Feite & gokverslaving’ waren toen twee woorden die niet in één zin bij elkaar pasten. En dus werkte zelfhulp ook niet, omdat ik stap 1 van het 12 stappen model helemaal niet erkende. Stap 1 is: ‘erken je verslaving en de gevolgen.’

Bij nieuwe aanmeldingen bij onze groepen zijn we ook altijd op zoek naar het antwoord op deze vraag. Komen mensen bij ons met de mededeling dat ze niet echt verslaafd zijn, dan kunnen we ze eigenlijk net zo goed naar huis sturen. Overigens waarschijnlijk nét zo als bij de reguliere verslavingszorg.

Hulp

Kortom, zelfhulpgroepen helpen jou met stoppen, op ervaringsdeskundige basis. Lotgenotencontact is super sterk, maar biedt tegelijkertijd garantie tot aan de deur. Nog steeds moet je het echt zelf doen, en niemand anders.

Geef een antwoord