Kansspelautoriteit

De kansspelautoriteit gaat in Nederland over het veilig en betrouwbaar gokaanbod in Nederland. Eén van haar taken is bijvoorbeeld het beoordelen van vergunningaanvragen van gokbedrijven in Nederland, en een groot aantal (24) hebben er ééntje voor online bemachtigd. Zo’n vergunning is overigens eigendom van de staat en niet van het gokbedrijf. Je bent vergund je aanbod te exploiteren, maar dient dat dan wel volgens de regels van de Staat te doen. De Staat verleent je als het ware toegang, maar bij slecht gedrag zou deze theoretisch ook ingetrokken kunnen worden. Eén en ander zou je kunnen vergelijken met een rijbewijs, deze is immers ook eigendom van de Staat en niet van een individu. Bij slecht rijgedrag, herhaaldelijke overtredingen enz. volgen er sancties. Tenminste, dit is mijn visie op het eigenaarschap van de vergunning.

Contact

Als ervaringsdeskundige gokverslaving / voorzitter van de Stichting AGOG heb ik regelmatig contact met de Kansspelautoriteit. Dat is door de jaren heen zo gegroeid. Een aantal keren mocht ik spreken voor hun werknemers, in trainingen over preventie gokverslaving met m’n eigen verhaal, maar ook bijvoorbeeld bij hun 10 jarig bestaan. In zekere zin is er sprake van een ‘warm’ contact, waar ik als voorzitter blij mee ben. De lijntjes zijn kort en er is respect over en weer.

Bezoek AGOG groep

Ook heb ik de voorzitter van de Ksa eens gevraagd om onze AGOG groep te bezoeken, en nog steeds waardeer ik het enorm dat hij dat ook gedaan heeft. ‘Dit is nu, wat we eigenlijk met z’n allen proberen te voorkomen’ was de onderliggende vraag of doel van het bezoek, waarbij vooraf uiteraard al vaststond dat dit doel utopisch van aard was. Want gokverslaving is nu eenmaal niet te voorkomen. Wel moeten ‘we’ met z’n allen, daar ons uiterste best voor doen, en met ‘we’ bedoel ik gokbedrijven, al hun medewerkers, de gokkers zelf én de Kansspelautoriteit. Eén van de zaken die hierbij leidend en noodzakelijk is, is de ‘zorgplicht’ van gokbedrijven, waarover ik al eerder mocht schrijven op dit forum.

Vorige week

Vorige week heb ik naar aanleiding van een door mij geschreven ‘noodkreet’ aan de Kansspelautoriteit, weer een bezoek gemaakt aan deze autoriteit. Want nog steeds zijn er, ondanks wetgeving met in te stellen limieten en omschreven zorgplicht, excessen en worden onze AGOG groepen bepaald niet kleiner. Fijn is, dat het bestuur van onze Stichting n.a.v. deze noodkreet, direct werd uitgenodigd op hun kantoor om één en ander te bespreken.

“Fijn is, dat dit soort gesprekken tussen de Kansspelautoriteit en onze Stichting snel en informeel verlopen. Ik kan mijn hart er luchten, er wordt geluisterd en tegelijkertijd wordt er ook direct
besproken wat de (on)mogelijkheden zijn..”Feite Hofman

Informeel

Fijn is, dat dit soort gesprekken tussen de Kansspelautoriteit en onze Stichting snel en informeel verlopen. Ik kan mijn hart er luchten, er wordt geluisterd en tegelijkertijd wordt er ook direct besproken wat de (on)mogelijkheden zijn. Afgelopen week ging het dus over overkoepelende limieten, een maximum aan stortingen voor jongvolwassenen et cetera. Opgetuigd met voorbeelden uit de groepen en uit de praktijk. Ik kon er noemen dat een gemiddelde jongvolwassene zich écht geen €400,- per maand aan gokken kan permitteren, dat de deelnemers aan onze groepen steeds jonger worden én dat onze deelnemers blij zijn met de huidige reclameverboden.

Onhaalbare doelen?

Ook bespraken we kort mijn utopie, dat de Stichting AGOG ooit overbodig zou zijn. Snel kwamen we gezamenlijk tot de conclusie, dat dit haast een onhaalbaar streven is. Verkeer zonder dodelijke slachtoffers is immers óók onhaalbaar. Desalniettemin blijft dat wél een gezamenlijke doelstelling die we moeten blijven nastreven. Gokverslaving zal immers blijven bestaan maar de strijd om dit te voorkomen moeten we blijven voeren.

Geef een antwoord